2. Het decoratieve stilleven
Veel van de 19e-eeuwse stillevens zijn in de eerste plaats decoratief en hebben geen groots verhaal te vertellen. Getooid in natuurlijke weelde, met bloemen, fruit, groenten, vissen, vlees en de jacht sieren ze vooral de burgerlijke interieurs. In het overdonderende stilleven van de Brusselse schilder Jean-Baptiste Robie zie je dit zowat allemaal samenkomen.
Sommige kunstenaars zoeken een niche op en specialiseren zich. Ze schilderen bloemen, een hoekje van hun atelier, rijkelijk gedekte tafels of glanzende objecten … En, ook de trend van het japonisme en de chinoiserieën duikt lang niet alleen in Ensors werk op.
De stillevens die je hier kan zien hebben een gemeenschappelijke rode draad. De schilders maakten ze namelijk éxtra boeiend. Vissenogen, maskers en poppen kijken je rechtstreeks aan en zuigen je het werk in; het tafereel speelt zich niet langer af in een neutrale setting, maar in een levensecht interieur; levende figuren nemen de plaats in van versteende beelden; of: het kleine formaat wordt opgeblazen. In een genre dat bij uitstek het experiment dient, levert dit een visueel spektakel op, met kleine parels én grote bravourestukken.