Drie boerinnen , 1930
Sinds 1929 woonde Permeke in Jabbeke in het woonhuis ‘De vier winden’. Jabbeke was toen nog een heel landelijk gebied. Vaak schilderde hij in de open lucht. Hij beeldde de mens uit in nauw contact met de natuur en het harde boerenleven.
Om meer gevoel in zijn schilderijen te leggen, vervormde hij zijn figuren en koos hij een expressief kleurenpalet met donkere aardkleuren – bruin, oker en zwart. Bruin gebruikte hij in oneindig veel tinten. Soms schilderde hij gedurfde contrasten, diep zwart tegen helder wit of groen tegen fijn roze. De drie boerinnen in dit schilderij uit 1930 staan statisch en geblokt naast elkaar. Vooral de rechtse figuur trekt de aandacht door de ogen die – geometrisch geschilderd – zo uit het vlak springen.
Samen met Gust De Smet en Frits Van den Berghe werd Permeke gerekend tot het Vlaams expressionisme. De Smet en Van den Berghe stelden zich eerder formalistisch op, maar Permeke streefde naar een meer impulsief en picturaal expressionisme. Het grote verschil tussen het werk van de Vlaamse expressionisten en de Duitse expressionisten en Franse fauvisten lag vooral in het kleurgebruik. De Vlamingen vervingen de felle expressieve kleuren meestal door sombere aardtonen. Dit ging zeker gepaard met hun keuze voor het leven op het platteland. De expressionistische kunstenaars uit Duitsland en Frankrijk leefden vooral in de grootstad.
Titel | Drie boerinnen |
---|---|
Datering | 1930 |
Standplaats | In depot |
Objectnaam | schilderij |
Materiaalbeschrijving | olieverf op doek |
Afmetingen | 192.5 x 178 cm (hxb) |
Opschrift | signatuur rechtsonder Permeke, datering rechtsonder 30 |
Collectie | Voormalige Collectie Provincie West-Vlaanderen (vandaag Collectie Vlaamse Gemeenschap) |
Verwerving | aankoop, 1960 |
Objectnummer | K000134 |
pURI | http://muzee.be/collection/work/id/K000134 |