Zelfportret , 1928-1936

In 1928 maakte Permeke een eerste autonoom zelfportret: ten voeten uit voor zijn schildersezel terwijl hij in zijn rechterhand een groot schilderspalet vasthoudt. Het werk evolueerde in de loop van de jaren; Permeke hernam het regelmatig. Een definitieve vorm ontstond rond 1936-1937. Hij overschilderde toen de jonge schilder en maakte er een eerder lompe boerenfiguur op klompen van, met een versleten hoed op het hoofd. Met dit portret wilde hij zichzelf bevestigen tegenover een publiek dat begon te twijfelen aan zijn werk. Permeke hechtte veel waarde aan dit schilderij en wilde het laten afdrukken in het tijdschrift Sélection. In 1930 maakte Permeke nog een klein zelfportret in olieverf en een kleinere tekening. Daarna maakte hij nog slechts één keer een autonoom zelfportret – in hout gekapt – net voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Wel integreerde hij zich soms eens in een compositie met veel kleine figuren zoals in bepaalde strandgezichten die hij in 1946 in De Haan maakte. Rond die tijd schilderde hij ook een zelfportret dat hij half uitveegde, waardoor een vreemde en bijna abstracte vorm overbleef.
Vervaardiger Permeke, Constant
Titel Zelfportret
Datering 1928-1936

Standplaats In depot

Objectnaam schilderij
Materiaalbeschrijving olieverf op doek
Afmetingen 198.5 x 165.5 cm (hxb)

Collectie Voormalige Collectie Provincie West-Vlaanderen (vandaag Collectie Vlaamse Gemeenschap)
Verwerving aankoop, 1960
Objectnummer K000140
pURI http://muzee.be/collection/work/id/K000140